Preview 5 out of 109 Flashcards
Op de vraag waarop uiteindelijk de gelding van een rechtsorde gebaseerd is, geeft Hans Kelsen als antwoord
Op de vraag waarop uiteindelijk de gelding van een rechtsorde gebaseerd is, geeft Hans Kelsen als an...
Volgens Hans Kelsen is de gelding van rechtsorde uiteindelijk gebaseerd op: Uit feiten kan men geen normen afleiden. De eerste norm (Grundnorm) is zelf geen geldende rechtsnorm, zij is niet gemaakt door enige autoriteit maar wordt slecht voorondersteld. Is dus enkel een gedachte nom.
Noem twee punten waarin de ethiek van het utilisme fundamenteel verschilt van de ethiek van Kant.
Noem twee punten waarin de ethiek van het utilisme fundamenteel verschilt van de ethiek van Kant.
Bij Kant is ethiek altijd autonoom: ethische regels leef je na uit eerbied voor de regel. Een utilist laat ook heteronome elementen toe: geen achting voor de regel als zodanig, maar ingegeven door de buitenwereld.
- Kants ethiek is op het terrein van het privéleven perfectionistisch. De utilistische ethiek is niet perfectionistisch en streeft niet naar de volmaaktheid van de mens.
- Kants ethiek is een plichten-ethiek/deontologische ethiek. Het utilisme is een waarden- ethiek/axiologische ethiek.

Kelsen
Kelsen

1. Hart: gelding van een rechtsorde is gebaseerd op een wet, die geldt, omdat hij op de juiste wijze tot stand is gekomen (‘primary rule’). Secundary rules zijn bevoegdheidsregels (rules of recognition), veranderingsregels (rules of change) zoals art. 81 Gw en attributie regels (rules of adjudication)). Primary vloeit voort uit secundary.
Hart: rules of recognition (gedrag) gelden, omdat ze feitelijk worden aanvaard door gezagshebber.
Kelsen: boven de grondwet staat de allereerste grondwet. Deze 1e grondwet geldt omdat er een Grundnorm in zit. Grundnorm = hypothetische norm.
Gelding van de rechtsorde is dus gebaseerd op de Grundnorm.
Hart: gelding van het recht is gebaseerd op het gedrag van de gezagsdragers, het rech of of het op de juiste wijze tot stand is gekomen.
2. Pagina 13 Syllabus
1e variant = metafysiek/religieus 2e variant = redelijk/rationalistisch
Argumenten:
1) De natuur heeft als systeem van feiten geen wil en daardoor kunnen er geen normen van afgeleid
worden (rationalistisch)
2) Natuur van de mens: ‘redelijk ( normen) wezen’.
De rede/ratio kan wel begrijpen, maar alleen een wil kan normen voorschrijven.
3) Je kan alles uit het natuurrecht afleiden (drogreden), dus kun je niets uit het natuurrecht afleiden.
Machiavelli
Machiavelli
. Volgens Machiavelli is het waarschijnlijk zo dat het lot de helft van onze zaken in handen heeft, maar dat
het ongeveer de andere helft aan ons zelf overlaat. Het centrale advies van Machiavelli is om in rustige periodes zich voor te bereiden op een lotswisseling door voorzorgsmaatregelen te nemen.
Hij zegt dan ook: “Alleen die verdedigingsvormen zijn goed, betrouwbaar en duurzaam die van jezelf en van je eigen kwaliteiten afhangen”. Je moet dus niet het lot afwachten, maar zelf dingen gaan doen.
Kants onderscheid tussen fenomenale mensen en noumenale mensen

Kants onderscheid tussen fenomenale mensen en noumenale mensen

Als empirische ‘fenomenale’ mensen zijn we onderling zeer verschillenden. Alle individuen hebben in de waarneembare werkelijkheid bovendien eigen, subjectieve neigingen en voorkeuren. Verschillen tussen mensen treden dan a/h licht. reine vernunft
Als ‘noumenale’ rationele wezens zijn wij allen gelijkelijk subjecten van dezelfde zedenweg. Als je vanuit de ethiek redeneert is iedereen gelijk. praktische vernunft
Fenomenale werkelijk is de werkelijkheid zoals ze zich aan ons voordoet.
Noumenale werkelijkheid is de echte werkelijkheid, de Wirklichkeit an sich.
Fenomenale mensen zijn totaal verschillend, maar noumenale mensen zijn aan elkaar gelijk. Mensen moeten dus gelijk worden behandeld: je mag nooit een ander mens gebruiken als middel voor een doel dat buiten hem ligt.