100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Artikelen samenvatting Recht in Pedagogiek en Onderwijs $6.10   Add to cart

Summary

Artikelen samenvatting Recht in Pedagogiek en Onderwijs

  • Course
  • Institution

In dit document vind je de samenvatting van (bijna) alle artikelen voor het vak Recht in Pedagogiek en Onderwijs. Ik heb geprobeerd van elk artikel de kern kort samen te vatten in 1-2 pagina's zodat je dit document kunt gebruiken bij het studeren voor het tentamen. Eventueel kun je een bepaald arti...

[Show more]

Preview 3 out of 29  pages

  • March 18, 2022
  • 29
  • 2021/2022
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: evatenbrinke69 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: maudabbink • 2 year ago

review-writer-avatar

By: lidewijzilverberg • 1 year ago

avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 45 Flashcards
$5.54 3 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

1. We hebben een indeling van recht in publiek recht en privaat recht. Welke zijn 2 voorbeelden van publiek recht? a) staatsrecht en personen- en familierecht b) strafrecht en migratierecht c) migratierecht en vermogensrecht d) personen- en familierecht en strafrecht.

Answer: b. publiekrecht: staats/bestuursrecht, strafrecht, arbeids-en sociale zekerheid, migratierecht en volkerenrecht. burgerlijk recht: personen- en familierecht en vermogensrecht.

2.

2. Wat doet een bijzonder currator? a) komt op voor een van de ouders als die het niet met elkaar eens zijn. b) komt op voor de ouder zonder gezag in een rechtszaak. c) die komt voor het kind op wanneer de ouders het eens zijn, maar het kind heeft een andere mening.

Answer: c.

3.

3. Wat hoort NIET bij de bevoegdheden van een gezinsvoogd? a) de kinderen opvoeden en verzorgen b) samen met de ouders gezag dragen over de kinderen c) inzetten van jeugdhulp d) een verzoek doen tot uithuisplaatsing bij de kinderrechter

Answer: a. Een gezinsvoogd voedt de kinderen niet op en verzorgt ze niet. Hij/zij heeft als doel het opheffen van de ontwikkelingsbedreiging en kan hiervoor middelen inzetten als jeugdhulp, een schriftelijke aanwijzing of een verzoek tot uithuisplaatsing.

4.

4. Welke stelling over vrijstelling van leerplicht is niet waar? a) je kunt een vrijstelling krijgen als je ouders een trekkend beroep hebben. b) als je bent vrijgesteld van leerplicht word je uitgeschreven bij de school waar je op zat. c) een vrijstelling is nooit langer dan 1 jaar. d) de leerplichtambtenaar is betrokken bij de vrijstelling.

Answer: b) Je blijft ingeschreven staan bij de school. De school blijft zo betrokken en heeft een bepaalde inspanningsverplichting. Zo kan het zijn dat ze bijvoorbeeld huiswerk geven wat je thuis kunt maken om bij te blijven met het schoolwerk.

5.

Twee stellingen: I: als de school vol is en er geen ruimte is voor nieuwe leerlingen, heeft de school geen zorgplicht. II: als een leerling niet geschikt is om het niveau van het type onderwijs te volgen, heeft de school geen zorgplicht. a) beide zijn waar. b) I is waar, II is niet waar. c) I is niet waar, II is wel waar d) beide zijn niet waar.

Answer: a. Een school kan een volverklaring krijgen die gemeld moet worden bij het samenwerkingsverband. Dan heeft de school geen zorgplicht. Ook als een leerling niet geschikt is om het niveau te volgen is er geen zorgplicht én als ouders weigeren de grondslag van de school te respecteren is er ook geen zorgplicht.

6.

Twee stellingen over de rechten van ouders bij passend onderwijs: I: ouders mogen beslissingen of hun kind al dan niet naar het speciaal basisonderwijs wordt overgeplaatst. II: ouders hebben het recht om in te stemmen met het Ontwikkelingsperspectief. a) beide stellingen zijn waar. b) I is waar, II is niet waar. c) I is niet waar, II is wel waar d) beide zijn niet waar.

Answer: c). Ouders hebben door passend onderwijs minder rechten. Ze mogen wel instemmen met het OPP, maar hebben niet het recht om te beslissen, dit heeft de school.

7.

7. Wat is géén taak van de kinderombudsman. a) onderzoek doen naar onderwerpen die te maken hebben met schending van kinderrechten. b) advies geven aan het parlement en instanties. c) Kinderen opvangen waarvan hun rechten geschonden zijn en die hierdoor ernstig benadeeld zijn. d) bewustwording creëren over kinderrechten bij kinderen, jongeren, hun ouders, scholen, de overheid etc.

Answer: c. antwoord a, b en d zijn waar. Dit zijn de drie taken van de kinderombudsman: 0nderzoek doen, advies geven en bewustwording creëren.

8.

8. Wie doet een beroep op de gezinsherenigingsrichtlijn? a) een referent met de nationaliteit van een derde land buiten de EU. b) als de referent de nationaliteit heeft van een ander EU land. c) Een Nederlander die in Groningen woont die gaat verhuizen naar zijn familie in Vlissingen. d) geen van deze bovenstaande antwoorden.

Answer: a). De gezinsherenigingsrichtlijn is voor referenten met de nationaliteit van een derde land. De verblijfsrichtlijn is voor referenten met de nationaliteit van een ander EU land. Deze richtlijn is veel soepeler dan de gezinsherenigingsrichtlijn.

9.

9. wat is geen grondrecht in het gezins- en migratierecht? a) recht op eerbiediging van familie- en gezinsleven. b) recht op zorg en onderdak c) de belangen van het kind moeten de eerste overweging zijn bij besluitvorming.

Answer: b). Er zijn twee grondrechten in het gezins- en migratierecht, namelijk a en c.

10.

10. Bij welke situatie is er sprake van objectief gegronde vrees? a) de persoon is gevlucht omdat hij bang is voor de zon en uit een land komt waar de zon meer schijnt dan in Nederland. b) de persoon hoopt in Nederland meer geld te kunnen krijgen. c) de persoon is homoseksueel en dit mag in het land niet, wat is terug te vinden in landrapporten. d) de persoon heeft ruzie met zijn broer en is daarom gevlucht.

Answer: c) Bij gegronde objectieve vrees moet er sprake zijn van een geloofwaardige verklaring en/of documenten die de vrees kunnen aantonen. Bij subjectieve vrees gaat het om persoonlijke redenen doe moet zijn aan te tonen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinemonteban. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.10. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

87658 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.10  37x  sold
  • (3)
  Add to cart