100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Staat en recht P1 HBO-Rechten $3.29   Add to cart

Summary

Samenvatting Staat en recht P1 HBO-Rechten

  • Course
  • Institution

Een samenvatting voor Staat en recht in de P1 op de JHS. De schrijver heeft met deze samenvatting voor de openvragentoets een 7,7 en voor de geslotenvragentoets een 6,2 behaald (beide zonder herkansing). De open en geslotenvragentoets waren een combinatie tussen Staat en recht, Burger en recht en J...

[Show more]

Preview 1 out of 6  pages

  • May 17, 2016
  • 6
  • 2015/2016
  • Summary

9  reviews

review-writer-avatar

By: ahsannollakotwal • 3 year ago

review-writer-avatar

By: floorpeters65 • 4 year ago

review-writer-avatar

By: hayeth1f • 4 year ago

review-writer-avatar

By: emmabraam1244 • 4 year ago

review-writer-avatar

By: pipo22223 • 5 year ago

review-writer-avatar

By: ninopino • 6 year ago

review-writer-avatar

By: ajfkassf • 6 year ago

Show more reviews  
avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 11 Flashcards
Free 9 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wat zijn de 4 rechtsbronnen?

Answer: De wet, jurisprudentie, gewoonte en verdragen.

2.

Wanneer is er sprake van regels die van onderop tot stand gekomen zijn?

Answer: Wanneer de wetgever ruimte heeft opengelaten voor de burgers om zelf invulling te geven aan die ruimte.

3.

Wat zijn verschillen en overeenkomsten tussen rechtsregels en sociale normen?

Answer: Verschil: Rechtsregels komen voort uit een rechtsbron en zijn afdwingbaar bij de rechter en sociale normen niet. Overeenkomst: Het zijn allebei regels/ normen waarbij binnen een bepaalde groep vaststaat dat je ze na moet leven.

4.

Wat zijn de twee voorwaarde waaraan de gewoonte aan moet voldoen?

Answer: 1. Bestendig gebruik; door een bepaalde groep, een lange tijd 2. Het wordt gezien als rechtsnorm

5.

Op welke manieren kan een burger een geschil oplossen?

Answer: 1. Zelf afdoen 2. Naar de rechter 3. Buiten gerechtelijk

6.

Wat valt er onder buiten gerechtelijke afdoening?

Answer: 1. arbitrage 2. Mediation 3. Bindend advies 4. Tuchtrechtspraak

Flashcards 26 Flashcards
Free 9 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wat zijn de vier punten waaraan een staat moet voldoen?

Answer: Grondgebied, gemeenschap van mensen, gezag en erkenning.

2.

Wat is het verschil tussen een gecentraliseerde en een gedecentraliseerde overheid?

Answer: Bij een gecentraliseerde overheid ligt alle macht bij de centrale overheid, en bij een gedecentraliseerde overheid geeft de overheid een deel van hun macht aan lagere overheden.

3.

Wat is het verschil tussen een federatie en een confederatie?

Answer: Bij een federatie is er een centrale overheid (bondsstaat), en bij een confederatie is er geen centrale overheid maar de staten treden door een verdrag naar buiten als 1 land.

4.

Wat is het verschil tussen directe en indirecte democratie?

Answer: Bij directe democratie beslist het volk direct overal over, bijvoorbeeld d.m.v. een referendum. Bij indirecte democratie kiest het volk volksvertegenwoordigers die namens hun beslissen.

5.

Wat is het verschil tussen het meerderheidsstelsel en het evenredige vertegenwoordigingsstelsel?

Answer: Bij een meerderheidsstelsel wordt er per district gekozen die een aantal zetels krijgt, hierdoor komen er minder partijen in de kamer. Bij evenredige vertegenwoordiging wordt er door het hele land gestemd en het percentage stemmen per partij komt overeen met het percentage zetels.

6.

Wat zijn de vier beginselen van een rechtsstaat?

Answer: 1. Legaliteitsbeginsel 2. Machtenscheiding 3. Onafhankelijke rechter 4. Grondrechten

7.

Met welke rechten kan de Staten-Generaal het regeringsbeleid controleren?

Answer: - Vragenrecht - Recht van interpellatie (minister om verantwoording roepen) - Enquêterecht (onder ede)

8.

Wat kan de tweede kamer doen wanneer ze geen vertrouwen in de regering meer hebben?

Answer: Een motie van wantrouwen indienen, hierdoor valt de regering.

9.

Wat is het verschil tussen actief en passief kiesrecht?

Answer: Mensen die mogen stemmen hebben actief kiesrecht. Passief kiesrecht houd in dat je jezelf verkiesbaar kan stellen.

10.

Wat houd attributie in?

Answer: Bij attributie wordt er een bevoegdheid gecreëerd, en toebedeeld aan een orgaan.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller wesleyve. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.29. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

94447 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.29  6x  sold
  • (9)
  Add to cart